-
Your bag is still empty
Alle voedingsmiddelen die je eet, bevatten voedingsstoffen die belangrijk zijn voor je lichaam. Deze voedingsstoffen kunnen verdeeld worden in macronutriënten en micronutriënten. De micronutriënten zijn vitamines en mineralen; hiervan heb je dagelijks maar een paar microgrammen of milligrammen nodig. Macronutriënten (macro betekent ‘groot’) heb je in een veel grotere hoeveelheid nodig, namelijk tientallen tot honderden grammen per dag. Omdat macronutriënten zo’n groot deel van je voeding uitmaken, lees je in dit blog alles over wat macronutriënten precies zijn, welke soorten we kennen en waarom ze belangrijk zijn.
Wat zijn macronutriënten?
Voeding levert energie die het lichaam nodig heeft om te kunnen functioneren, deze energie wordt gemeten in kilocalorieën. Je kunt het eigenlijk vergelijken met een auto die niet rijdt zonder benzine; kilocalorieën zijn de brandstof voor jouw lichaam. Gemiddeld heeft een volwassen man tussen de 2000 en 2600 kilocalorieën per dag nodig, het aantal kan sterk verschillen naarmate je meer of minder actief bent. Kilocalorieën in voeding worden geleverd door macronutriënten, hiervan bestaan drie soorten: koolhydraten, eiwitten en vetten. Vaak wordt alcohol ook wel de vierde macronutriënten genoemd, maar officieel wordt alcohol niet meegeteld omdat het geen noodzakelijke macronutriënt met gezondheidsvoordelen voor het lichaam is. Helaas 😉
Waar heb ik macronutriënten voor nodig?
Alle drie de macronutriënten geven je lichaam dus energie in de vorm van kilocalorieën: koolhydraten en eiwitten leveren elk per gram 4 kilocalorieën, vetten leveren per gram 9 kilocalorieën. Dit betekent niet dat vetten vanwege hun hogere hoeveelheid kilocalorieën ook altijd de beste energieleverancier zijn. Je lichaam kan zeker energie uit vetten halen, maar dit duurt vrij lang. Daarom haalt je lichaam bijvoorbeeld tijdens het trekken van een sprintje energie uit koolhydraten, wat een stuk sneller gaat. Bij een langere inspanning gaat je lichaam, zodra de koolhydraatvoorraad op is, over op het gebruik van vet als energieleverancier, dit gebeurt bijvoorbeeld bij marathonlopers. Naast het leveren van energie hebben de macronutriënten ook allemaal nog andere, belangrijke taken:
- Koolhydraten zijn belangrijk voor de hersenen en het bloed
- Eiwitten leveren aminozuren: de bouwstenen van het lichaam
- Vetten zijn een bouwsteen voor de opbouw van cellen en zijn belangrijk om je ogen, hersenen en spieren goed te laten werken
Verhoudingen tussen macronutriënten
Koolhydraten, vetten en eiwitten heb je alle drie nodig om goed te kunnen functioneren. Het is daarom ook niet slim om een bepaald dieet te volgen waarbij je een van de macronutriënten in mindere mate eet, of zelfs helemaal schrapt; je lichaam kan bepaalde taken dan niet goed meer uitvoeren! Wel heb je alle macronutriënten niet in dezelfde hoeveelheid nodig. Voor elke macronutriënt zijn door de European Food Safety Authority aanbevelingen opgesteld:
- Voor koolhydraten geldt tussen 45 en 60% van je totale calorie inname
- Voor eiwitten geldt een minimum van 0,8 gram eiwit per kilogram lichaamsgewicht
- Voor vetten geldt tussen 20 en 35% van je totale calorie inname
Deze aanbevelingen zijn richtlijnen. Het kan bijvoorbeeld dat je door het beoefenen van een bepaalde sport wat meer eiwitten nodig hebt. Wel is het niet verstandig om lange tijd onder de ondergrens van de aanbevelingen te gaan zitten, je lichaam kan dan tekorten oplopen.
Als je benieuwd bent naar wat de verhouding macronutrieten in de Jake maaltijdvervangers zijn, kan je hier heel eenvoudig alle macros, vitamines en mineralen per product zien.