-
Your bag is still empty
BMI
De eenvoudigste manier om je vetpercentage te berekenen is met je BMI (Body Mass Index). Voor mensen die niet trainen is dit een prima maatstaf om vast te stellen of iemand onder of overgewicht heeft, ook al is de BMI niet altijd accuraat. Als je namelijk veel krachttraining doet, heb je meer spieren en ben je dus automatisch zwaarder. Die mensen hebben volgens de Body Mass Index dan overgewicht en moeten afvallen, terwijl ze juist heel weinig vet hebben. Niet heel accuraat dus. Toch hebben onderzoekers een sterke relatie gevonden tussen BMI en vetpercentage. En het enige wat je er voor nodig hebt is een weegschaal en meetlint!
Je berekent je BMI door eerst je gewicht te meten. Vervolgens meet je je lengte, zonder schoenen en sokken. Nu je beide gegevens hebt, deel je het gewicht door het kwadraat van je lengte. De formule ziet er als volgt uit: BMI = gewicht (kg) / (lengte (m2))^2. Oftewel: BMI = 70 / (1,75 * 1,75) = 22,86.
Huidplooimeter
Een andere manier om je BMI te meten is met de huidplooimeter. Pak een stuk vel (inclusief vet) en zet hier vervolgens de huidplooimeter op. Door deze vervolgens dicht te knijpen, meet je de dikte van deze huidplooi in millimeters. Deze cijfers zet je vervolgens in de volgende formule om je vetpercentage te berekenen:
Vetpercentage (V%) = 0.29288 * (som van de huidplooien in millimeters) – 0.0005 * (som van de huidplooien in millimeters)^2 + 0.15845 * leeftijd – 5.76377
Te meten lichaamsdelen:
- Borst:
Je meet de bovenkant van je borst ter hoogte van je oksel. Meet op de helft van de ruimte tussen de oksel en de tepel. Pak een verticale plooi. Bij vrouwen pak je de plooi iets dichter bij de oksel.
- Bovenbeen:
Pak een verticale huidplooi op het bovenbeen in het midden van het bovenbeen.
- Buik:
Pak een verticale huidplooi ongeveer 2-3 centimeter naast de navel.
- Heup:
Voor de heup wordt een diagonale plooi gebruikt net boven het heupbot.
- Oksel:
Meet een horizontale plooi gelijk onder de oksel.
- Schouderblad:
Pak een diagonale plooi aan de binnenkant van de rug gelijk onder 1 van beide schouderbladen.
- Tricep:
Meet een verticale huidplooi in het midden van de tricep.
De onderwater meting
De bedoeling is dat je op een stoel gaat zitten met strakke badkleding aan. Vervolgens word je in een bad ondergedompeld en moet je alle lucht uit je longen blazen. Door je verschil in gewicht in en uit het water wordt er geprobeerd een schatting te maken van je vetpercentage.
Ook deze “gouden standaard” maakt gebruik van rekenmodellen. Als je bijvoorbeeld niet alle lucht uit je longen blaast, of je hebt nog een luchtbel in je haar of in je darmen zitten, dan is dat weer voer voor meetfouten. Je kan deze methode ook niet overal doen, dus is het niet zo toegankelijk. En het heeft ook een meetfout van 5 tot 6%.
Conclusie
Hoewel BMI een eenvoudige maatstaf is voor lichaamsgewicht, kan het onnauwkeurig zijn voor mensen met veel spiermassa. Het gebruik van een huidplooimeter biedt een gedetailleerde schatting van het vetpercentage, maar vereist nauwkeurige metingen en formules. Geen enkele methode is perfect, daarom is het raadzaam om verschillende indicatoren en professionele beoordelingen te overwegen voor een completer beeld van de gezondheid.
Als je te veel vetpercentage hebt, dan zijn de Jake Light shakes raadzaam om te gebruiken. Deze bevatten minder calorieën en helpen je de calorie-inname te beperken. Zit je juist onder het BMI, kies dan voor Jake Sports om je calorie-inname te verhogen. Ben je op zoek naar goede ondersteuning voor een gezonde levensstijl? Kies dan voor Jake Original.